Skip to main content
Een cursus in wonderenMedia

Les 24: Ik zie niet wat mijn hoogste belang is

By 25 juli 2024juli 27th, 2024No Comments

1. In geen enkele situatie die zich aandient weet je welke uitkomst jou gelukkig zou maken. 2Daarom heb je geen leidraad voor juist handelen, noch een maatstaf om het resultaat mee te meten. 3Wat je doet, wordt bepaald door jouw waarneming van de situatie, en die waarneming is onjuist. 4Het is dan ook onvermijdelijk dat jij niet je hoogste belang dient. 5Toch vormt dat je enige doel in iedere situatie die juist wordt waargenomen. 6Anders zul je niet inzien wat het inhoudt.

Als we de afgescheiden hoofdrolspeler pop jan denken te zijn, is die in een eeuwige oorlog tussen de ervaringswereld van tegenstellingen gevangen terwijl hij probeert, al genot sprokkelend, te overleven. Alle genot-zelfbevredigingen staan ten dienste aan het als echt waarnemen van de persoonlijkheid die we ervaren (en denken te zijn). Jammer alleen dat deze pop, en élke pop, geen recht van bestaan op geluk heeft en dus blijken alle ‘gelukspogingen’ die jij als pop onderneemt slechts even genot te geven en dat ook maar zelden lang succes geeft. Los van het feit dat geluk of pijn ervaren altijd in ons zelf wordt uitbetaald nooit van buiten kan komen! Alleen in oppervlakkige situaties lijkt dat fantaseren over anderen buiten ons en naar meer en gelijk tijdelijk geluk te geven, maar als het om echt geluk gaat, stel je, gedicteerd door egoscript, doelen zonder enige betekenis. Je waant jezelf in een doodgaan loep, want les 11 zei ons: mijn betekenisloze gedachten laten mij een betekenisloze wereld zien. Als pop jan weet je meestal wel in duizenden spannende verledenverhalen die je ongelukkig maken, daar toch over te fantaseren en er genot uit te persen, maar vind je nooit wat jou echt geluk brengt, laat staan blijvend geluk. In deze les wordt voor jou de eerste stap gezet naar het leren waarnemen en herkennen van het engste doel dat er is: het wezenlijke hoogste belang. Je hebt besloten in de vorige lessen je daaraan te willen leren wijden, maar het probleem zit hem in het feit dat de dingen die jij als ego-pop nastreeft of als doel stelt om te bereiken faliekant de mist in gaan om een zeer onzichtbare reden.

Het gaat nu natuurlijk niet om dagelijkse ‘doelen’, zoals werken en niet te laat te komen, maar om doelen die jij jezelf persoonlijk stelt om via meer en gelijk hebben blijvend geluk te vinden. Niet alleen voor jezelf maar natuurlijk ook voor de ander! Kijk eens wat ik voor je doe, wanneer doe je eindelijk eens iets terug, het belangrijkste masturbatie-oordeel en een aanval waar geheid de ontspanning van genot je de pijn van gemis van hoogste belang even niet laat voelen!

In deze les wordt je gevraagd erg dapper te zijn en zo eerlijk mogelijk je belangrijkste doelen op een rijtje te zetten. Je wilt blijvend geluk, nooit ruzie in je relatie noch oordelen of beoordeeld worden, geen financiële zorgen, noch ziektes en ja, waarom ook niet: verlicht worden, want dat geeft aanzien en wellicht macht – maar helaas: er bestaat geen verlicht ik. Het ego maakt van ons al-thuis-zijn iets erg ingewikkelds, zeg maar gerust iets onmogelijks, omdat het de toekomst als oplossing brengt in plaats van ons eeuwige heden-zijn te omarmen.
T22.I.10God heeft geen geheimen. 11Hij leidt je niet door een wereld van ellende, om je pas op het eind van de reis te gaan vertellen waarom Hij je dit heeft aangedaan.
Want dat al thuis zijn in God is voor ons ego absoluut niet zijn hoogste belang – dat is doorgaan met pijndromen maken en god de schuld ervan geven. Ons ego weet God als onze Oorzaak en onszelf als oorzaak van dromen maken goed uit beeld te houden en onvermoeibaar de droomfiguren tegen elkaar uit te spelen tot vroeg of laat de dood erop volgt.

Zo verstopt het ego alles qua liefde zijn en liefde delen en zo gaat dat ook met het krijgen van geluk uit het hebben van ‘persoonlijke kennis’, want dat slimste jantje brengt misschien roem en publieke aandacht en hoe meer persoonlijke aandacht je krijgt van andere poppen des ter belangrijker geloof je te zijn en dat geeft je tijdelijk weer even een goed geluksgevoel, ook al ga je vroeg of laat toch dood, wat je ook als pop doet of laat. Falen is dus onvermijdelijk en depressiviteit wordt weer weggespoeld met surrogaatmiddelen.

T12.VII.13. Bedenk dus dat jij telkens wanneer je naar buiten kijkt en ongunstig reageert op wat je ziet, jezelf onwaardig hebt geoordeeld en jezelf ter dood hebt veroordeeld. 2De doodstraf is het uiteindelijke doel van het ego, want het is er volledig van overtuigd dat jij een misdadiger bent en even zeker de dood verdient als God weet dat jij het leven verdient. 3De doodstraf verlaat nooit de denkgeest van het ego, want dat heeft het uiteindelijk altijd voor jou in petto. 4Omdat het jou wil doden als de definitieve uitdrukking van wat het voor jou voelt, laat het je slechts in leven in afwachting van de dood. 5Het zal je kwellen zolang je leeft, maar zijn haat blijft onverzadigd tot je sterft. 6Want jouw vernietiging is het enige doel waar het naartoe werkt, en het enige doel dat hem bevrediging zal schenken. 14. Het ego verraadt God niet, voor Wie verraad onmogelijk is. 2Maar het verraadt jou wel, die gelooft jouw Vader te hebben verraden. 3Dat is de reden waarom het ongedaan maken van schuld een essentieel deel is van wat de Heilige Geest onderwijst. 4Want zolang jij je schuldig voelt, luister je naar de stem van het ego die jou zegt dat jij God verraden hebt en daarom de dood verdient.

Het ergste taboe dat er in het poppenspel bestaat is ‘iets niet weten’ of het onderzoeken van ‘mijn gedachten betekenen niets, daar dat altijd een verledenverhaal is,’ terwijl het juist maar gewoon verstild vragenloos nu-zijn, het niet iets weten, de vredesdeur naar eeuwig thuis zijn opent.

Je zult dus met het verzamelen en beschouwen van al die persoonlijke genotsituaties, louteringen die jou naar blijvend geluk beweren te brengen, vroeg of laat tegen de lamp lopen dat je niets weet over dat echte hoogste belang in ons, terwijl tegelijk er genoeg egostemmetjes in je langskomen die juist de fantasieën blijven vertellen dat het ego wel weet wat ons hoogste belang is.

Deze lessen lijken gemakkelijk in woorden, maar ze vormen de essentie van het leren het hoogste belang van je ego uit te laten wissen om geluk-zijn te her-vinden in het gewoon niet-iets-zijn aandacht te leren geven. Het innerlijk vragen om hulp van wie dan ook: Heilige Geest, Jezus, Boeddha, Nisargadatta, Krishnamurti, Athene, in mijn geval door Wolter Keers belichaamd, is noodzakelijk, ook al is de naam die je gebruikt totaal ondergeschikt. Over de duizenden namen van de hulp in ons, wordt al onnodig buiten ons flink oneindig ego-ruzie, dus dualistrijd, gemaakt. Daarom zou ik er zijn vele wegen die naar Rome leiden willen veranderen in: er zijn vele wegen naar huis om geholpen te worden uiteindelijk in te zien dat er geen weg is en dat je al thuis bent, en dat dat ene feit te aanvaarden de simpele realisatie inhoudt!

Ik had als pop jan geen schijn van kans gehad om het ware hoogste belang in mij ooit te leren (her)kennen, als ik niet hulpvragend – door genade – een ander – die toen buiten mij leek te zijn – mij kwam vertellen dat ik niet pop jan was!

Hij (Wolter Keers) ging beetje bij beetje mijn idee van wat ik dacht te zijn met liefde en aandacht veranderen met: “kijk er eens zo naar” en droeg mij liefdevol naar een totaal ander innerlijk kijk-standpunt. Praktisch was het niet moeilijk om iemand te volgen die je zo liefdevol helpt en die geen ruilhandel terug verwacht – wat zeer uitzonderlijk was en de werkelijke vertrouwensband met hem bewerkstelligde. Hij vroeg mij niets meer dan: kijk eens goed naar wat in jou de drie toestanden van waak- slaapdroom en droomloze slaap kent. Op zo’n manier leerde ik anders kijken en kon ik zien dat mijn waarnemingen en gedachten als pop jan daarbij geen enkel belang dienden. Het zien van die betekenisloosheid bracht mij in eerste instantie juist meer angst, maar maakte me ook nieuwgierig en liet mijn vertrouwen in Wolter groeien.

Een paar maanden oefende ik flink en hield ik voortdurend contact met hem om de antwoorden die ik dacht te hebben gevonden te zien stranden in de onwetendheid van slimme jantjes. Op een dag stond ik voor Wolter en wat vrienden de tafel te dekken toen ik plotseling even uit mijn pop jan ‘viel’. Ik kreeg in een flits een heldere ingeving: ik ben niet iets gekends. Ik moet zelf ongedefinieerd en onpersoonlijk Kennen zijn dat moeiteloos en actieloos kijkt naar de drie toestanden waarin ‘een jan versus anderen’ leeft en ben er dus al totaal los van.

In alle drie de toestanden Jan wakker, Jan droomt dat hij Napoleon is en Jan slaapt zonder dromen is er één Kennen daarvan de getuige en die is volkomen onvoorstelbaar en toch mijn eigenste eigenheid. Het was een ingeving als een mokerslag en dodelijk voor de jan die ik dacht te zijn, maar ik ging raar genoeg gewoon kalm door met het voorbereiden van de maaltijd. Gelukkig zag Wolter wel wat er met mij gebeurde en brandde als het ware dat nieuwe standpuntloze schouwstandpunt in mij door mij te stimuleren dat stille eigenste ongedefinieerd aandacht zijn de hele dag vast te leren houden terwijl jan gewoon zijn ding deed. Zo kwam de Stem van God in mij wonen (zie les 49), wat Wolter schouwend verwijlen noemde en ik suizen, omdat het mij leerde de onbesuisdheid van het pop-janstandpunt te passeren.

Om die pas verworven stille zijn stem in mijn aandacht te leren houden hoefde ik niets anders te doen dan alle gedachten en waarnemingen die voorbij kwamen van daaruit al volgend te doorzien als niet echt en horend bij die hele droom die ik volgde maar waar ik niet zelf inzat.

T10.I.2. 3Je weet uit eigen ervaring dat je tijdens je slaap denkt dat wat je in je dromen ziet werkelijkheid is. 4Maar op het moment dat je ontwaakt besef je dat alles wat in de droom leek te gebeuren, helemaal niet is gebeurd. 5Je vindt dat niet vreemd, ook al werden terwijl je sliep alle wetten van datgene waartoe je ontwaakt geschonden. 6Kan het niet zo zijn dat je slechts van de ene in de andere droom bent overgegaan, zonder werkelijk te ontwaken?

Het was echter niet alleen door genade dat ik dat stille onveranderlijke centrum in mijzelf mocht terug vinden maar ik leerde ook vanuit dat andere standpunt zowel boven het poppen slagveld schouwend te verwijlen en tegelijkertijd in de dubbelheid gewoon tijdens de strijd als pop jan te blijven functioneren en daar ontoorlogen te blijven spiegelen aan mezelf die nog geloven de anderen te zijn.

Er volgden een paar goddelijke jaren samen met Wolter – die woordloze en vraagloze stilheid als basis van één-zijn-delen ging bijna vanzelf en natuurlijk en bracht ‘heb de ander lief als jezelf’ in een totaal ander beeld dan wat het ego ons verkocht. Toen Wolter leek te verdwijnen in de dood moest ik zelf dat natuurlijke stiltecentrum op eigen kracht leren vasthouden en dat bleek niet eenvoudig. Ik heb er schijnbaar lang over gedaan om uit die oneindige golven van dualistrijd-ego-oorlogsboodschappen te blijven als waar en steeds maar weer in de praktijk van het dagelijks leven de stap uit lichaam en droom te leren maken naar de oorzaak in mij die deze waanzin maakte en die te laten genezen door de onzichtbare hulp in ons – ‘God garandeert onze schuldenloosheid’.

T15 V. 5. De Heilige Geest weet dat niemand speciaal is. 2Maar Hij ziet ook dat jij speciale relaties hebt gemaakt die Hij wil zuiveren en niet door jou wil laten afbreken. 3Hoe onheilig de reden waarom jij ze gemaakt hebt ook mag zijn, Hij kan ze in heiligheid vertalen door zoveel angst weg te nemen als jij Hem toestaat. 4Je kunt elke relatie aan Zijn zorg toevertrouwen en er zeker van zijn dat ze niet zal uitmonden in pijn, als je Hem jouw bereidwilligheid geeft om ze geen ander doel te laten dienen dan het Zijne. 5Alle schuld erin is het gevolg van hoe jij die gebruikt. 6Alle liefde van hoe Hij dat doet.

Op momenten dat ik het niet meer leek te zien, kwam als vanzelf een van Wolters gevleugelde tips spontaan weer omhoog om mij weer terug te brengen naar die onveranderlijke innerlijke stilte en vredebasis en bij iedereen de onschuld te weten, wat ze ook in deze droomwereld deden of lieten. De cursus laat hetzelfde gebeuren als je dat zou willen weten, in les 129. 7,8,9 daar staat, vrij verwoord, als beeld. ‘Sluit je ogen voor de wereld die je (lijkt) te zien EN Ga in God Zijn.

Zie in Gods Denkgeest lichten die niet van deze wereld zijn en rust je voorbij de wereld van duisternis in licht dat jouw ogen (dus je lichaam) niet kunnen aanschouwen en toch je denkgeest (onze eigenste kennendheid van gedachten) het duidelijk kan zien en ook begrijpen (daar we dat zelf blijken te zijn).’ Hoe simpel staat het hier, doe je ogen dicht en je bent niet in een lichaam maar in God zelf, punt!!!!

Vraag vervolgens Athene alias de Heilige Geest om hulp en wees bereid de vredesstem in ons te onderzoeken.

les 5. Ik ben bereid het willen zien van dromen – ofwel te denken zonder God – los leren te laten.

les 4. Wat ik ‘mijn’ gedachten noem, zijn niet mijn werkelijke gedachten – OMDAT ik werkelijke gedachten alleen met God denk en dat is de liefde die we nu zoeken.

Les 3. Wat ik lijk te zien is een projectie van mijn eigenste denkfouten EN het heeft geen zin te begrijpen wat mijn denkfouten laten zien, omdat die onbegrijpelijk zijn. Hier is het mogelijk eng, want het lijkt te zeggen dat alles wat je als pop jan deed, geen zin heeft en heeft gehad en de uitnodiging ‘we zijn geen lichaam’ is nog niet echt ingedaald.

Laat het geheel van wat die denkfouten dromen maken lijken te laten zien met hulp los en sluit je ogen voor de droomwereld die lijkt te zien EN ga in God. Zo maak je in die rustige ruimte die in onze eigenste eigenheid (het suizen) wel kan worden gezien en ervaren, begrepen en bemind als onze gemeenschappelijke onveranderlijke-zijn-basis, wat we als jantjes ook doen of laten (les 49). Zo komt het (T28.I.11. NU geheugen) wonder de denkgeest binnen die een moment stopt en stil is. Dit (NU zijn herinneren als onze ene basis) wonder reikt { } van uit onze denkgeest die het in stilte is genezen naar anderen dg-ten om die stilte zijn er van met elkaar te delen.

Hier in dit stilte eigenste eigen nu-zijn ziet het in en begrijpt dat er zonder het verleden nog te geloven als echt nooit iets te doen of te laten of te vergeven valt omdat de zoon van God nooit wat deed. Les 289. Het verleden is voorbij, het verleden werd gemaakt om de werkelijke wereld van ‘nu’ niet te zien.

Ik weet uit eigen ervaring dat dit God in ons vinden en dat ook echt hulp krijgen (genade) blijkt te werken als je dat nu-zijn durft te herkennen en echt wilt. Vanuit dat stille zijnscentrum dat we met God en heel het Zoonschap delen, kun je en hoef je niets te doen. Als pop jan kan je niets doen om jan niet meer te zijn, hoewel het wel veel bereidheid en inspanning lijkt te kosten om dat simpele Ongedefinieerde Zijn in de aandacht te blijven houden, terwijl jan bijvoorbeeld door wil gaan met huwelijksbed-dromen na te streven en nu een speciale relatie die het óók heeft gezien gaat zoeken en tegelijk mag weten dat dit voor hemzelf en voor iedereen dezelfde onzin is. Het leren door speciale relaties heen één liefde-zijn-delen te weten – en Jan natuurlijk ook zien ophouden de vele klassieke dualistrijdsdictaten van onze droomscriptschrijver te geloven. De praktijk van ontoorlogen wacht op onze liefdesvraag om dat ook echt schijnbaar steeds opnieuw nu te willen doen.

Om in die doorgaande dualistrijdwereld het hoogste belang in je aandacht te blijven houden, wát er ook op je jantjespad langs lijkt te komen, vereist een flinke bereidwilligheid en doorzettingsvermogen omdat gewoon nu-zijn echt zelf schijnbaar steeds opnieuw te oefenen, dat zijn van dit moment te leren integreren in elke schijnbare dualistrijdsituatie. Dan is je hulplijn naar de HG, Jezus of wie dat voor jou dan ook spiegelt, een anker van onschatbare waarde, wat het klaaglied van onze jantjes ook als tegendeel blijven beweren. Die allemaal te passeren als niet waar is ons hoogste belang, de ware vergeving.

T23.IV.7. Bekijk niemand vanaf het strijdtoneel, want daar kijk je naar hem vanuit het niets. 2Dan heb je geen referentiepunt van waaruit je kunt kijken, waar betekenis kan worden gegeven aan wat je ziet. 3Want alleen lichamen kunnen aanvallen en moorden, en als dit je doel is moet je wel één met ze zijn. 4Alleen een doel verenigt en zij die een gezamenlijk doel hebben, zijn eensgezind in hun denken. 5Het lichaam heeft geen doel van zichzelf en moet wel solitair zijn (met het ego dictaat). 6Van onderaf kun je (als pop jan) het niet te boven komen. 7Van bovenaf zijn de grenzen (verleden, heden, toekomst) die het oplegt aan hen die nog steeds in strijd verwikkeld zijn, weggevallen en worden ze niet waargenomen. 8Het lichaam staat tussen de Vader en de Hemel die Hij voor Zijn Zoon geschapen heeft in, omdat het geen doel heeft.

Het gemis van het delen van één stilheid na de dood van mijn mentor zorgde ervoor dat ik het hoogste belang wanhopig probeerde te willen delen met anderen, die tenslotte allen binnen mijn eigen kennendheid mijzelf al zijn. Niettegenstaande de vele waarschuwingen van Wolter om dat nooit te doen, want zo wil je indirect het hoogste belang van het egoscript, zag ik geen andere manier en probeerde ik het toch, bij wie er in mijn ogen maar enigszins om het ware doel leek te vragen, dat nu al vormloos liefde-zijn in plaats van lichaam direct te spiegelen. De weerstand die ik ontving, was enorm. Wat ik ook in mijn ogen liefdevol deed, het had geen enkel gevolg. Ik kon niet die ander, zoals het bij mij met Wolter ging, meenemen langs het lichaam naar dat stille centrum in ons, maar kon hen wel kwaad of bang maken, en ja, dat was natuurlijk niet de bedoeling.

De genade om die allesomvattende Liefde in jezelf terug te vinden en te delen met je mentor, is zo ongelofelijk bijzonder en zeldzaam. Toch leek het zo vanzelfsprekend simpel dat met iedereen te willen delen dat ik bijna dwangmatig probeerde die herkenning van die eenheid van denkgeest te delen met anderen. Ik moest dus met veel vallen en opstaan gelouterd leren inzien dat je persoonlijk geen genade kunt geven aan een andere persoon, alleen als die dat zelf echt wil en dan nog wel alleen via de stabiliteit van de hulp in ons, die per definitie onpersoonlijk is. Dat inzien en weten dat ons simpele nu-zijn moment hem of haar vanzelf zal overkomen als de tijd daar rijp voor is. Dus elk ‘persoonlijk willen’, bijvoorbeeld om onpersoonlijk te delen, werkt natuurlijk niet. In mijn geval moest ik eerst inzien, dat het ‘persoonlijke willen’: “Ik regel die genade wel even voor je…”- moet sneuvelen voor het onpersoonlijke hoogste belang delen via hulp van Athene alias HG te vragen zoals ik hun kracht via Wolter hervond. Tot ik echt inzag, dat het vanzelf gebeurt als het gebeurt en dat het in feite nooit gedaan is, dat het zelf doen slechts een onware gedachteloop was, kwam de ommekeer in de praktijk naar voren. Het is daarom beslist ook niet ‘mijn’ onpersoonlijke wil, die een ander ‘terug’ kan brengen naar het delen van Gods onpersoonlijke weten zijn, want iedereen moet zelf het ene water zijn willen delen en niet de golvenverhalen meer willen geloven.

T3.V.7. De uitspraak ‘God schiep de mens naar zijn beeld en gelijkenis’ behoeft een nieuwe interpretatie. 2‘Beeld’ kan begrepen worden als ‘gedachte’, en ‘gelijkenis’ als ‘van gelijke hoedanigheid’. 3God heeft inderdaad de geest(kennendheid) naar Zijn eigen Gedachte geschapen en van een hoedanigheid gelijk aan die van Hemzelf. 4Er is niets anders. 5Waarneming(het gekende), daarentegen, is onmogelijk zonder een geloof in ‘meer’ en ‘minder’. 6Op elk niveau gaat ze met selectiviteit gepaard. 7Waarneming is een voortdurend proces van aanvaarden en verwerpen, ordenen en herordenen, wisselen en veranderen (van gekende dingen). 8Het toekennen van waarde (aan deze kennendheid in ons zijn) is een wezenlijk bestanddeel van waarneming, omdat oordelen noodzakelijk zijn om te kunnen selecteren (wat in ons kent waar of onware gedachten).

Uiteindelijk kan die Wil van God om dat wat we wezenlijk al zijn te kennen, dat zelf niet voor elkaar krijgen omdat God en wij als Zoonschap dat gewoon zelf in zijn allesomvattendheid al totaal delen, daarom moeten we door innerlijke hulp te vragen het ware achter het onware hoogste (ego)belang weer te mogen zien.

Het omarmen van mijn rol in Gods vergevingsplan, iedereen is al thuis te weten, had ik reeds lang – vóór de cursus- verbeeld in een vrije verbeelding van palm 127: “als God het (ware) huis niet bouwt, vergeefs doen de arbeiders het”. Dus als de Eerste Oorzaak mij niet via Athene, HG de genade teruggeeft en de rijpheid tot mij brengt om dat denken zonder God en oordelen over andere lichamen te stoppen, door te leren ons verledendictaat niet meer geloven en ons de staat van voor dromenmaken te herinneren, vergeefs doe ik de liefde-uitbreiding, hoezeer ik ook mag weten dat we allemaal al thuis in God zijn van nooit weggeweest. T3.V.8. Wat gebeurt er met waarnemingen als er geen oordelen (noch verleden verhalen geloven) zijn en er niets dan volmaakte gelijkheid(te kennen) is? 2Waarneming wordt onmogelijk. 3De waarheid kan slechts worden gekend. 4Alles aan haar is even waar, en een deel van haar kennen betekent haar helemaal kennen. 5Alleen waarneming(het gekende) houdt een gedeeltelijk bewustzijn in. 6Kennis (kennendheid) overstijgt de wetten die de waarneming (ons gekende fantasie gedachten) regeren, omdat gedeeltelijke kennis onmogelijk (daar Eerste Oorzaak alles omvattend) is.
Die weerstand was nog een onwaar idee in mijzelf willen geloven en die misvatting vormde mijn wanhopige poging om dat wat ik ontvangen had met alle anderen in het poppenspel bewust weer te willen delen, in plaats van het thuis zijn voor hen al te weten en vreugdevol te leren wachten tot de ander dat doel ook zelf mocht willen omarmen. De cursus zegt dan: breng niet het licht naar de duisternis maar de duisternis naar het licht. T13.VII.3. Deze duisternis zit in jou.Nu, God zit ook in ons, dus is het aanvaarden dat alleen Gods wil bestaat en nooit die van mij als Zoon, die duisternisdromen van pop jan versus katrijntje wil zien. Dat gevolg van God-zijn weer willen zien en dus aanvaarden, is het sterven van het geloof pop jan te zijn, die afgescheiden van anderen lijkt te zijn, en brengt de uitnodiging ‘we zijn allemaal al thuis in God’ weer te willen omarmen – ook of juist als anderen zichzelf nog lichamelijk in de nachtmerrie denken te bevinden.

In de afgelopen lessen hebben we herhaaldelijk geleerd dat we het zoeken naar de intimiteit van liefde per ongeluk geplakt hebben op ons poppenlichaam omdat wij de Eerste Oorzaak van dat geluk en die intimiteit in onszelf kwijt zijn geraakt en nu de enige basis ons sterfelijke lichaam lijkt te zijn. Wij hebben gezien dat de Aanvaarding van het liefdevolle tegendeel zegt dat de Zoon nog thuis is bij God in de geluksstaat van vóór het dromen maken begon. Die toestand is er nu ook nog gewoon, maar lijkt door een deel van de denkgeest van de Zoon verdoezeld te zijn. Met dat uit de Eenheid gevallen deel van de Zoon worden zijn fantasiegedachten een droomkracht, die als een poppenspeler wordt gebruikt om het poppenspel te verbeelden waarin wij elk op zich een afzonderlijke pop lijken te zijn, die onbewust, al lichamen uitbreidend, strijdend altijd op weg is van geboorte naar de dood. In dat ontkoppelde deel zijn we dus voor onszelf begonnen om een verhaal te ‘schrijven’ waarin wijzelf de eerste oorzaak zijn, waardoor wij onze Vader geheel dissocieerden en we niet meer het hoogste belang zagen. Dat deel van ons is echter nog steeds daar waar de ontkoppeling van zijn scheppende Eerste Oorzaak leek te hebben plaatsgevonden.

Zolang we niet – door genade – het hoogste belang van deze ontkoppelde Eerste Oorzaak en zijn Zoon weer als Zijn gevolg in onze aandacht terug leren zien, zal die poppenspeler over alle macht beschikken om dat zelfgemaakte droom-poppenspel met een ego-nazi-god, pijn, angst en schuldgevoelens uit te leven op zijn poppen-huwelijksbedfantasie tot de dood erop volgt.

T3.VII. 1. Ieder denksysteem moet een uitgangspunt hebben. 2Het begint óf met maken óf met scheppen, [ ] 6Het is een vergissing te geloven dat een denksysteem gebaseerd op leugens zwak zou zijn. 7Niets wat door een kind van God is gemaakt is zonder macht. 8Het is essentieel dat je dit beseft, want anders ben je niet in staat uit de gevangenis die jij gemaakt hebt te ontsnappen. 2. Jij kunt het autoriteitsprobleem niet oplossen door de macht van je denkgeest te onderschatten. 2Dat is jezelf misleiden, en dit zal jou kwetsen omdat jij de kracht van de denkgeest terdege begrijpt.

Het ‘achter’gebleven deel van de Zoon dat nog Thuis is, wordt in zijn egoscript bewust verborgen gehouden op een onzichtbare plek in de poppenkast, waar de droomkracht stiekem schrijft dat wij poppen een privédenken hebben waar niemand anders bij kan en dat we persoonlijk zelf verantwoordelijk zijn voor wat we lijken te doen of laten.

De poppenspeler kan daardoor met zijn poppenhel-script zijn gang gaan en een straffende ego-god creëren die met goed en slecht dood en verderf zaait in plaats van Liefde. Dit angstscript zorgt ervoor dat hij als pop jan niet durft te gaan zoeken naar die poppenspeler-oorzaak in hem. Die pop jan is doodsbang voor de straffende ego-god die hem door zijn zucht naar bevredigingen misschien om onduidelijke redenen hopelijk niet naar de hel maar thuis laat komen, maar dan toch eerst zijn lichaam zal moeten doden, en ja, zo gek krijg je bijna geen enkele bange pop. Dus blijft hij om de tijd te doden in het huwelijksbed fantasiebevredigingen nastreven en schuldige anderen veroordelen om wat hij stiekem zelf graag wil!

Op die manier beschermt de poppenspeler met angst, schuld, boete verledenverhalen dat het weer koppelen van dat afgescheiden deel aan de Eenheid nooit kan plaatsvinden.

T13.VI.1. Waarlijk waarnemen is je van de gehele werkelijkheid bewust zijn door je bewust te zijn van die van jezelf. [ ]. 3Dit betekent dat je een broeder alleen waarneemt zoals je hem nu ziet. 4Zijn verleden bezit in het heden geen werkelijkheid, en dus kun je dat niet zien. 5Jouw vroegere reacties tegenover hem zijn er evenmin, en als je daarop reageert, zie je in zijn plaats slechts een beeld van hem dat jij hebt gemaakt en koestert. 6Wanneer jij illusies in twijfel trekt, vraag jezelf dan af of het werkelijk zinnig is om wat geweest is waar te nemen alsof het nu is. 7Als jij je het verleden in herinnering brengt wanneer je naar je broeder kijkt, zul je niet in staat zijn de werkelijkheid die nu is, waar te nemen.

Het hangt dus af van onze de bereidheid om nu op dit moment het hoogste belang om onze ouders, familie, vrienden en vijanden als slechts droomfiguren te doorzien en weer liefdevol als niet waar van ons af te koppelen, en vervolgens die onzichtbare poppenspeler in ons leren te aanvaarden als de oorzaak dat wij denken poppen te zijn, om dit alles te laten genezen tot kennendheid van ware gedachten in plaats van onware. Ten slotte moeten wij openstaan om – met hulp van de Heilige Geest – de stille stem van God als leidraad voor geluk te hervinden, anders blijft het een technisch verhaal en niet werkelijk de vreugde en vrede brengen, maar punthoofden.

Ook al ervaren wij tegelijkertijd de dubbelheid, dat de ogen van onze pop jan nog steeds de verschillen van poppen lijken te blijven zien door te strijden, aanvaarden wij het hoogste belang om die Zoon en zijn Eerste Oorzaak delen weer voelbaar terug in onze aandacht te weten, door elk verledenverhaal weg te schijnen met ons simpele eeuwige heden zijn aandacht te geven. Laat je niet misleiden door de egostemmetjes die dat nu-zijn saai zullen noemen of ‘is dat alles’ zeggen, en doorgaan dat te beoordelen en verleden en toekomst droombeelden belangrijker te maken.

T13.VI.2. Jij vindt het ‘natuurlijk’ om je ervaring uit het verleden als referentiepunt te gebruiken voor het beoordelen van het heden. 2Maar dit is onnatuurlijk, want het is waan. 3Wanneer je eenmaal eenieder hebt leren zien zonder de minste verwijzing naar het verleden, noch dat van hem, noch dat van jou zoals jij dat waarnam, zul je in staat zijn te leren van wat jij nu ziet. 4Want het verleden kan geen schaduw werpen op het heden en dat donker maken, tenzij jij bang bent voor licht. 5En alleen als je dat bent, kies je ervoor het duister met je mee te nemen, en het, door het in je denkgeest vast te houden, als een donkere wolk te zien die je broeders verhult en hun werkelijkheid aan jouw zicht onttrekt.

De angst en schuld die de poppenspeler in ons oproept, is, ook al weten we dat niet persoonlijk, zeer groot en zonder de hulp van Heilige Geest, die bij mij in de vorm van mijn leermeester Wolter Keers kwam, is aanvaarden, het passeren en genezen van die droomkracht bijna onmogelijk als vreugdevol en liefde delend te ervaren.

T18.VII.8. Toch zal er steeds die rustplaats zijn waarnaar je terug kunt keren. 2En je zult je meer bewust zijn van dit rustige centrum van de storm dan van al zijn razende activiteit. 3Dit rustige centrum, waarin je niets doet, zal bij je blijven, en jou rust geven te midden van alle drukke bezigheden waarop je wordt uitgestuurd. 4Want vanuit dit centrum zal je gewezen worden hoe je het lichaam zondeloos kunt benutten. 5En dit centrum, waarin het lichaam afwezig is, zal het zo in je bewustzijn ervan bewaren.

Wat die poppenspeler ook verbeeldt, het is toch uiteindelijke de vredige stille innerlijke stem in onszelf die de verborgen onpersoonlijke liefdevolle kracht in de Zoon weer wakker maakt en de droomkracht van de poppenspeler neutraliseert, omdat we zelf zien dat er geen lieflijkheid te vinden is met een persoonlijk privé-licht.

Je moet oppassen hier niet onnodig te stranden omdat je je schuldig voelt omdat je de ego-god voor God bent gaan aanzien en daarom als pop eerst van alles lijkt te moeten gaan doen of laten om daarmee te verdienen dat je daarná, dus in de toekomst, pas echt thuis mag komen.

T5.II.11. Het ego kan het idee dat terugkeer noodzakelijk is accepteren, omdat het zo makkelijk dit idee moeilijk kan doen lijken. 2Toch vertelt de Heilige Geest jou dat zelfs terugkeer onnodig is, omdat wat nooit heeft plaatsgevonden niet moeilijk kan zijn. 3Je kunt het idee van terugkeer echter zowel noodzakelijk als moeilijk maken. 4Toch is het beslist duidelijk dat wie volmaakt is niets nodig heeft, en dat je volmaaktheid niet kunt ervaren als een moeilijke verworvenheid, omdat dit is wat jij bent. 5Dit is de manier waarop jij Gods scheppingen dient waar te nemen, waarbij je al je waarnemingen op de ene lijn brengt die de Heilige Geest ziet.

Daarom is het ook van belang dat je hulp aanvaardt te willen blijven zien dat er nu op dit moment zelf geen sprake is van verleden en dus van schuld, van een ego-god, van ouders, van welke poppen dan ook inclusief pop jan zelf.

Wanneer je aandacht in beslag wordt genomen door persoonlijke schuld, angst, verlangens en dood lijk je de onpersoonlijke aandacht alias de eeuwige nu Stem van God, alsmede je leidraad om je hoogste belang: ware vergeving en het uitbreiden van liefde te dienen, kwijt te raken.

T18.VII.7. Met iets doen is het lichaam gemoeid. 2En als je inziet dat je niets hoeft te doen, heb je uit je denkgeest de waarde van het lichaam weggenomen. 3Hier is de snelle, openstaande deur waardoor jij voorbij glipt aan eeuwen van inspanning, en aan de tijd ontsnapt. 4Dit is de manier waarop zonde direct alle aantrekkingskracht verliest. 5Want hier wordt de tijd verworpen, en zijn verleden en toekomst voorbij. 6Wie niets hoeft te doen heeft geen behoefte aan tijd. 7Niets doen betekent rusten en binnen in je een plaats maken waar de activiteit van het lichaam niet langer aandacht eist. 8Naar die (stille getuigenheid) plaats komt de Heilige Geest, en houdt daar verblijf. 9Hij zal daar blijven wanneer jij dat vergeet, en de activiteiten van het lichaam opnieuw je bewuste denkgeest in beslag nemen.

Het hoogste belang is niet alleen met onpersoonlijke aandacht van boven het slagveld alles kunnen, kennen en doorzien als niet waar, maar ook het mogen weten dat die droomwereld nog door lijkt te gaan met droomverhalen waarin pop jan lijkt rond te lopen met andere poppen die elkaar strijdend de schuld geven niet te krijgen wat ze zoeken.

Op het moment dat de Heilige Geest ons nu-zijn geneest en de Zoon in ons al het verleden totaal als niet waar vergeven heeft en wij alles van de poppenspeler en zijn poppen als schuldeloos aanvaarden, is de Bevrijding dankbaarheid voor het zien dat we niet iets persoonlijks hoeven te doen of te laten.

T18.VII.6. Dit is de uiteindelijke bevrijding die iedereen op een dag, op zijn eigen wijze en op zijn eigen tijd zal vinden. {} 6Spaar tijd voor mij door deze ene voorbereiding alleen, en oefen je erin niets anders te doen. 7‘Ik hoef niets te doen’ (want we zijn al thuis bij God) is een verklaring van trouw, een waarlijk onverdeelde loyaliteit. 8Geloof het voor slechts één enkel ogenblik, en je zult meer tot stand brengen dan een eeuw van contemplatie of van strijd tegen verleiding je oplevert.

Het is alleen onze taak om die Eerste Oorzaak weer als van ons ene eigenste zijn delen te willen zien en daarmee ook te aanvaarden de Zoon te zijn die nog bij zijn Vader huist. Trap niet meer in de leugen dat de dood van God komt maar weet dat die van het ego komt, dus van onszelf. Het stukje onpersoonlijk Kennen dat zichzelf met ego-verbeelde gedachten als verklede poppenspeler heeft gekroond met een nepkroon, is er verantwoordelijk voor dat we in het poppenspel persoonlijk lijken door te gaan met elkaar te bestrijden tot de dood echt is. Aanvaard dat we met dromen te maken God niet hebben verraden en daarom de dood verdienen. Dit laatste zal het ego blijven beweren zolang er nog een persoon is die er als waar naar luistert en er zo zijn aandacht aan weggeeft.

les 79.6. Al deze complexiteit is slechts een wanhopige poging om het probleem niet te zien, en dus niet toe te laten dat het wordt opgelost. 2Als je zou kunnen inzien dat jouw enige probleem afscheiding is, ongeacht de vorm die het aanneemt, zou je het antwoord daarop kunnen aanvaarden omdat je het (hoogste) belang ervan zag. 3Wanneer jij de constante (het Kennen zijn) zag die onder al de (gekende) problemen ligt waarmee je geconfronteerd lijkt, zou je begrijpen dat je over het middel (allesomvattende gewaarheid zijn) beschikt om ze (alle waarnemingen) allemaal op te lossen. 4En je zou het middel aanwenden, omdat je het probleem (als niet echt door-) ziet.

Zolang dat ontkoppelde deel in onze denkgeest nog niet de keuze maakt en zijn verantwoordelijkheid voor die bedachte fantasie-oorzaak teruggeeft aan de echte onveranderlijke Schepper, blijft het in deze poppenwereld luisteren naar het dictaat van de egostem, die zegt dat wij zelf God verraden hebben en hem gebruiken voor het zaaien van een droomhel en een droomverdoemenis, waar het ego de doodstraf als middel gebruikt om ons duidelijk te maken dat we misdadiger zijn en ons zal kwellen, tot de dood als gewoon natuurlijk wordt gezien. Ach ja we gaan allemaal een keer dood toch, wat heel natuurlijk lijkt voor het poppenspel.

les 79.1. Een probleem kan niet worden opgelost als je niet weet wat het (hoogste belang) is. 2Zelfs als het in werkelijkheid al is opgelost, zul jij nog steeds het probleem hebben, omdat je niet ziet dat het (nu al) is opgelost. 3Zo staat het met de wereld. 4Het probleem van de afscheiding, dat eigenlijk het enige probleem is, is al opgelost. 5Toch wordt de oplossing niet gezien, omdat het probleem (afgescheidenheid bestaat niet) niet wordt gezien.

Zolang wij ons schuldig of angstig voelen, schijnt het licht wel in de duisternis maar ziet de duisternis het niet en blijft het ego de baas, en kunnen wij de afgescheidenheid niet doorzien als een nooit gebeurde droom-‘gebeurtenis’.

Als je jezelf zelfs als idee nog niet als Zoon van God kunt zien, maar alleen als een marionet in een persoonlijk poppenspel-lichaam thuis waant, blijf je in de zelfgemaakte droom vastzitten in angst, schuld, verlangens en dood. Door de ware Schepper in ons te dissociëren en niet meer zijn gevolg te willen zijn, blijf je persoonlijk gevangen in het deel van de denkgeest dat geen onpersoonlijke liefde kent en daardoor niet die liefde kan delen, noch uitbreiden. De reden daarvoor is dat je nog in je eigen schepping wilt blijven doorspelen in dromen van speciale, persoonlijke huwelijksbedrelaties. Ook als je niet ziet dat wij, als Zoon, God als ons hoogste belang ‘eruit gooiden’, lijkt het, vanuit het egodenken dat God deze wereld heeft gemaakt, soms wel alsof je van boven het slagveld naar de waanzin van het poppenspel kijkt, maar door de waan van persoonlijk verlicht te zijn, voel je niets van liefde delen, noch van een innerlijke vrede uitbreiden. Het thuis-zijn is dan maar half verteerd, met: het is toch allemaal niet waar en heeft niets met jou te maken – dat we ogenschijnlijk uit de eenheid zijn gevallen is en blijft dan een mysterie.

Les 93.4. Waarom zou je niet overlopen van vreugde als jou wordt verzekerd dat al het kwaad dat jij denkt te hebben gedaan, nooit is gedaan, dat al je zonden niets zijn, dat je zo zuiver en heilig bent als jij werd geschapen, en dat licht en vreugde en vrede in jou wonen? 2Jouw zelfbeeld kan niet de Wil van God weerstaan. 3Jij denkt dat dit de dood is, maar het is leven. 4Jij denkt dat je vernietigd wordt, maar je wordt verlost.

Omdat volgens iedere pop zijn oorzaak gedicteerd ligt in de ouders en die daarmee zichzelf als poppenspeler is vergeten of op een zijspoor heeft gezet, blijft de poppenspeler stiekem doorfantaseren met speciale-relatiepoppen tegen elkaar uit te spelen tot de dood erop volgt. Dus is het hoogste belang bereid te zijn te aanvaarden dat er geen verleden bestaat in ons nu-zijn en je nu al thuis bent en dat je daar niets voor hoeft te doen of laten, behalve dan: het inzicht dromen maken en geloven te laten genezen door de HG.

T18.VII.6;7‘Ik hoef niets (persoonlijks) te doen’ {} 7. (want) Met iets doen is het lichaam gemoeid. 2En als je inziet dat je (om onpersoonlijke liefde te zijn en te delen) niets hoeft te doen, heb je uit je denkgeest de waarde van het persoonlijke) lichaam weggenomen. 3Hier is de snelle, openstaande deur waardoor jij voorbij glipt aan eeuwen van inspanning, en aan de (verleden en toekomstige) tijd ontsnapt.

Die stille innerlijke Stem leren herkennen en vasthouden met onze onpersoonlijke aandacht en dat nu zijn ervaren in te ruilen voor alles wat het ego ons in een verleden geschonken heeft om het vervolgens in de toekomst weer weg te nemen, is het middel om op de snelste manier bij “dat doe ik mijzelf aan” oorzaak in ons terug te keren naar het eeuwige thuis-zijn, dat je nooit heb verlaten. De cursus herhaalt deze woorden tot er een moment komt dat ze vaste grond hebben om te groeien tot de oneindigheid.

T18.VII.7; 6Spaar tijd voor mij door deze ene voorbereiding alleen, en oefen je erin niets anders te doen. 7‘Ik (als zoon) hoef niets te doen’{} 3Hier is de snelle, openstaande deur waardoor jij (als Zoon) voorbij glipt aan eeuwen van (persoonlijke pop) inspanning, en aan de (verleden) tijd ontsnapt. 4Dit is de manier waarop zonde direct alle aantrekkingskracht verliest. 5Want hier wordt de tijd verworpen, en zijn verleden en toekomst voorbij. 6Wie (eeuwig nu zijnde) niets hoeft te doen heeft geen behoefte aan tijd. 7Niets doen betekent rusten en binnenin je een ( stilheid zijn) plaats maken (en moeiteloos zijn ervaren) waar de activiteit van het lichaam niet langer aandacht eist. 8Naar die (stille zijn ervaren) plaats komt de Heilige Geest, en houdt daar verblijf. 9Hij zal daar (in onze stilheid zijn ervaren) blijven wanneer jij dat vergeet, en de activiteiten van het lichaam opnieuw je bewuste denkgeest in beslag nemen.

Nogmaals : het gaat er niet om dat je probeert thuis te komen want dan geef je, ook al is het per ongeluk, nog steeds energie en aandacht aan het maken van de droom. Je kunt niet thuiskomen, maar je alleen realiseren dat je al thuis bent. Leer reizen met HG als leidraad, dan blijf je binnen je eigenste zelf in plaats van buiten. Daar, in ons zijn, wordt niets opgeëist wat ons gegeven is. Dat simpele eigenste stille innerlijke zijn zelf is, was en zal, eenmaal aanvaard, het hoogste belang voor je zijn. Dan kun je in vrede afscheid nemen van onware gedachten en liefde zijn delen en dat zijn in ons uitbreiden, daar dat Gods wil is. Door het kennen en het waargenomene als twee gescheiden delen in onze denkgeest te willen houden, komen we steeds weer in de loep pop jan en in ‘ik ben nog steeds niet thuis’ terug.

T4.II.4:8Geloof is een egofunctie, en zolang jouw oorsprong een kwestie is van geloof, bekijk je dit vanuit een egostandpunt (en niet van uit rede). 9Wanneer onderwijs niet langer nodig is zul jij (als kennendheid) God eenvoudig kennen. 10Geloven dat er (vanuit genezen Zoon kijken) een andere manier van waarneming bestaat, is het meest verheven idee waartoe het egodenken in staat is. 11Dat komt doordat het een zweempje inzicht bevat dat het (gekende) ego niet het Zelf is.

Omdat we vanuit ego lijken te kijken zo – in alle onschuld – steeds aan die gekende pop jan blijven vragen of hij al thuis is en zegt pop jan “natuurlijk niet! Je moet leren bereid te zijn in te zien dat jij als pop (acteur) nooit zelf de egoscriptschrijver en regisseur kunt corrigeren, en dat hoeft ook niet, want dat is de taak van de Heilige Geest. Je moet alleen met de leidraad van de HG als kennendheid al die gekende egostemmetjes, die beweren dat ons kennen in een hoofd zit, niet meer voor zoete koek te slikken en slechts het al-thuis-zijn-idee, waar kennen en het gekende een-zijn delen, in je aandacht te leren vasthouden om met dat als anker elk gezang van die sirenes met hun dualistrijd verledenverhalen te passeren.

T23.IV.4:7Het slagveld overzien is nu je doel. 5. Laat je optillen en kijk er vanaf een hoger standpunt op neer (op pop jan versus pop katrijntje). 2Vandaaruit zal jouw perspectief heel anders zijn. 3Hier, er middenin, lijkt het (voor pop jan en katrijntje) werkelijkheid. 4Hier heb je (zelf misleidt en bewust) gekozen er (persoonlijk) deel van te zijn. 5Hier is moord jouw keuze. 6Maar van bovenaf valt de keus op wonderen in plaats van moord. 7En het perspectief dat uit deze keuze voortkomt, toont jou dat de strijd niet werkelijk is en makkelijk kan worden ontlopen. 8Lichamen kunnen strijden, maar de botsing van vormen betekent niets. 9En die is (nu) voorbij wanneer jij beseft dat die (verleden) nooit begonnen is. 10Hoe kan een strijd als niets worden gezien wanneer jij eraan deelneemt? 11Hoe kan de waarheid van wonderen worden herkend als moord jouw keuze is?

Laat je door de HG te leren vertrouwen optillen uit het gekissebis van het ego-strijdveld en kijk er vanaf een hoger standpunt op neer.

Het is dus een kwestie van genade als je ‘plots’ – water kan niet gescheiden zijn van zijn natheid – naar boven dat slagveld wordt getild. Je kunt jezelf als Jan of Peter er niet naartoe denken. Die praktische hulp kwam voor mij door een Wolter Keers nodig te hebben en dat die vanzelf op mijn pad mocht komen en ik hem leerde te vertrouwen. Suizen en de valse oorzaak losdlaten en de ware herkennen en meer leerde ik via zijn liefde-voorbeeld, tot hij weer wegging en ik dat zichzelf kennende nu-zijn op eigen kracht moest leren in de aandacht te houden. Dromen blijken met genade niet buiten ons dus is de hele inhoud van dromen dan ook in ons. Daarom komt innerlijke vrede, net als onrust en verleden, nooit van iets buiten ons zijn. Ook ons huwelijksbed geluk zoeken heeft geen reden van buiten ons, en is een innerlijke wens zelf te beslissen om totaal anders te zijn dan onze Schepper.

Het met die ene vredesstem als ons rustcentrum aandacht geven, kan al die andere schuld-, pijn- en doodstemmetjes, net als de vogels en meer geluiden, voorbijgangers laten zijn, wat ze ons ook wijs lijken te willen maken, zonder ze nog te geloven als echt.

T15.II.3: Deze Roep is zo sterk dat het ego altijd oplost als Die weerklinkt. Daarom moet jij kiezen een van de twee stemmen in jou te horen. De ene heb jijzelf gemaakt, en die komt niet van God. Maar de andere is jou gegeven door God, die jou alleen vraagt ernaar te luisteren. De Heilige Geest is in heel letterlijke zin in jou. Het is Zijn Stem die jou terugroept naar waar je vroeger was, en weer zult zijn. Zelfs in deze wereld is het mogelijk alleen die Stem te horen en geen andere. Het vergt inspanning en een grote bereidheid tot leren. Het is de laatste les die ik heb geleerd, en Gods Zonen zijn even gelijk in hun hoedanigheid van leerling als in die van Zoon. 4. Jij bent het Koninkrijk der Hemelen, maar je hebt het geloof in duisternis in jouw denkgeest toegelaten en daarom heb je een nieuw licht nodig. De Heilige Geest is de lichtgloed die jij de gelegenheid moet geven het idee van duisternis te verdrijven. Van Hem is de heerlijkheid ten overstaan waarvan dissociatie wegvalt en het Koninkrijk der Hemelen doorbreekt tot het zijne. Vóór de afscheiding had jij geen leiding nodig. Je kende zoals je opnieuw zult kennen, maar zoals jij nu niet kent.

Het hoogste belang voor jou is de aanvaarding dat één water delen, uitbreiding van liefde, mogelijk is, terwijl tegelijkertijd de golvenwereld van hel en verdoemenis het enige bestaansrecht lijkt te hebben voor de ogen en oren van het lichaam.

De stille nu-zijn Stem van God is de reddingsboei van je getuigenheid, die je helpt om deze vast te houden met je aandacht zodat je alles wat je niet bent, kunt vergeven. Het in onze aandacht leren de lekkerheid van de liefdesstem van ons eigenste innerlijke nu-zijn vast te houden om al die aandachtvragende egostemmetjes wel te horen, maar er niet meer naar te luisteren als waar, betekent het passeren van de Sirenes. Dat louter vragenloos zijn is ons hoogste belang.

Laat die pop jan en al die andere poppen maar gewoon doorkletsen of vechten, volg de waarheid van hoe het zichzelf kennende nu gaat en neem het rustgevende Gewaarzijn van Stil Zijn als je eeuwige basis. Probeer tegelijk in die rust actieloos de hele waanzin van die droomwereld te overzien en zijn pijnwaanzin neutraal te volgen, maar ga er nooit op in en doe er vergevend niets mee. Dan komt door de loutering vanzelf de bereidheid om het deel in je dat nog pijndromen wil maken los te laten en weer te wakker worden van nooit geslapen te hebben.

T18.II.5. 5Het zijn de figuren in de droom en wat zij doen die de droom lijken te maken. 6Je beseft niet dat jij degene bent die ervoor zorgt dat zij iets voor jou uitleven, want deed je dat wel dan zou de schuld niet bij hen liggen en zou de illusie van bevrediging verdwenen zijn. 7In de droom zijn deze elementen niet versluierd. 8Je lijkt te ontwaken en de droom is voorbij. 9Maar wat je niet inziet is dat wat de droom veroorzaakt heeft, daarmee niet is verdwenen. 10Jouw wens een andere wereld te maken die niet werkelijk is, blijft bij je. 11En waartoe jij lijkt te ontwaken is niets dan een andere vorm van diezelfde wereld die je ziet in de droom.

2. Als jij inzag dat je niet ziet wat je hoogste belang is, zou jou dat geleerd kunnen worden. 2Maar gezien je overtuiging dat jij wél weet wat dat is, ben je niet tot leren in staat. 3Het idee voor vandaag is een stap op weg naar het openen van je denkgeest zodat je kunt beginnen met leren.

Op het moment dat jij door loutering de verzoening aanvaardt, heb je dus de keuze al gemaakt om die poppenspeler in ons door de HG te laten genezen van het malle idee en koppel je de Zoon weer schuldloos terug aan het deel dat kracht gaf aan de poppenspeler. De verbinding van de Zoon met de poppenspeler geeft de mogelijkheid om die te laten genezen en op te houden met het maken van onwaarachtige dromen. Door de aanvaarding zie je dat het Kennen van de Zoon en het Kennen van de poppenspeler een en hetzelfde Kennen is, dat in feite nooit ontkoppeld was.

T.11.V.1. Niemand kan ontsnappen aan illusies tenzij hij ernaar kijkt, want door er niet naar te kijken worden ze beschermd. 2Het is niet nodig voor illusies terug te deinzen, want ze kunnen niet gevaarlijk zijn.{ }want we moeten hier eerst naar kijken om erdoorheen te kunnen zien, aangezien jij het werkelijkheid hebt verleend. 6We zullen deze dwaling samen in stilte ongedaan maken, en vervolgens naar de waarheid kijken die erachter ligt.{ }2En hoe kan men illusies anders verdrijven dan door ze direct onder ogen te zien, zonder ze in bescherming te nemen?{} 4Je bent bovendien aan het leren dat zijn gevolgen verdreven kunnen worden door hun realiteit eenvoudig te ontkennen. 5De volgende stap bestaat er onmiskenbaar uit te erkennen dat wat geen gevolgen heeft, niet bestaat. { } 8Wees dus niet bang om naar angst (schuld en dood) te kijken, want die kan niet worden gezien. 9Helderheid maakt per definitie verwarring ongedaan, en met licht naar de duisternis kijken lost haar onvermijdelijk op.

Door van boven het slagveld met totale openheid het poppenspeldrama te aanschouwen zorgt ervoor dat dat hele ‘altijd doodgaan’ spel geloven verdwijnt omdat ons ene Kennen-zijn nu zijn eigenste ‘lekkere smaak’ weer herkent. Die ‘lekkere smaak’ van de verloren melodie van de Stem van God is iets waar je vanzelf vragenloos bij wilt blijven. Het loutere zijn in de aandacht te leren houden, verankert de oorzaak van die hele droomwereld en laat je tegelijk het slagveld overzien. De aandacht op onze eigen ‘lekkere smaak’ van thuis-zijn leren leggen brengt de (onpersoonlijke, vragenloze) sfeer van ‘in God zijn’ terug van nooit weggeweest.

HII.inl.4; 4Vergeet niet dat jouw wil over alle fantasieën en dromen macht heeft. 5Vertrouw erop dat die je er doorheen zal helpen en jou boven dit alles uittillen zal.

De aanvaarding maakt een soort van hergebruik van jouw wil. Elke waarneming en ervaring die deze droomwereld je geeft en laat ondergaan kan alleen maar gekend worden, omdat het Kennen, de Geest zelf, geen intellectuele denkinspanning van jou of iets persoonlijks vraagt. Dat actie-loze eigenste Kennen-zijn van ons zul je je ‘nu’ als liefde-zijn gaan leren herinneren, ook als je, als pop jan, nog op het slagveld lijkt vast te zitten. De dodenlijstjes van het ego lijken te blijven staan.

De werkelijke ‘wederopstanding’ is dus nooit aan een dood ontsnappen door na de dood een nieuw lichaam aan te nemen of dan later pas de hemel in te gaan, maar betekent nu – op dit moment – inzien dat je altijd- een lichaam-loos Gewaarzijn bent, dat zichzelf als liefde kent en deelt met zijn Schepper en heel het Zoonschap. Dus zoek niet buiten je zelf want God is in ons (T29.V)
Door de onpersoonlijke liefdesaandacht weer op de waarheid te leggen en zo kracht te geven komt ook het besef dat die stille innerlijke Stem van God ons Ware eigenste Zelf is, dat we nu één Zijn delen met God en heel het Zoonschap. Dat stille zijn, dat alles moeiteloos kent in ons, is met rede bezien onpersoonlijk en ongedefinieerd en is het enige wat ons Eigenste Zelf nooit verlaat en dus eeuwig is.

T28.I. 11. Het (nu zijn geheugen) wonder komt kalm de denkgeest binnen die een moment stopt en stil is. 2Het reikt met zachtheid vanuit die stille tijd, en vanuit de denkgeest die het in stilte heeft genezen, naar andere denkgeesten om de stilte ervan met elkaar te delen. 3En vereend zullen die niets doen wat zijn stralende uitbreiding zou verhinderen terug te keren tot de Denkgeest die het ontstaan van alle denkgeesten heeft veroorzaakt. 4Ontstaan uit gezamenlijkheid kan er in de tijd geen onderbreking zijn die ervoor zorgt dat het wonder draalt om zich naar alle onrustige denkgeesten te haasten, en hun een ogenblik van stilheid te brengen, waarin de Godsherinnering tot hen terugkeert. 5Hun eigen herinnering is nu tot rust gekomen, en wat daarvoor in de plaats kwam zal nadien niet totaal on-herinnerd blijven.

Nu het kennen in ons van elke gedachte weer ontdaan is van elke smet uit het verleden en is teruggebracht naar onze ene eeuwige nu-zijn Bron, is daarmee de oorzaak van de afgescheidenheid schuldloos opgelost. Dat moeiteloze eeuwige Kennen van ons gewoon te zijn maakt dat nu al je gedachten ontdaan zijn van de eis om er iets mee te moeten doen of te laten, behalve dat onze onpersoonlijke aandacht gericht is op de ‘lekkere smaak’ van de eigenste Stilte. Door jouw bereidheid dit nu-zijn elke seconde opnieuw te onderzoeken zie je dat er nooit enige gebondenheid of afgescheidenheid geweest is, want fantasiegedachten hebben geen eigen zichzelf kennende licht noch materie in zich en bestaat er gaan buiten en zijn er geen objecten en kan je zonder verleden er ook niet over gaan na-denken. Het weer kennen, voelen en inzien dat je dat verworven geluk nooit als pop-jan en de poppenspeler kunt vinden, kan leiden tot het zien en aanvaarden van het hoogste belang van de Eerste Oorzaak in je. De vrede en het geluk van thuis te zijn in dit heilige moment te kennen en aandacht te geven, komt voort uit je verlangen je hoogste belang weer te mogen zien en ervaren.

3. De oefeningen voor vandaag vragen veel meer eerlijkheid dan je gewoonlijk opbrengt. 2Bij alle vijf oefenperioden die vandaag moeten worden gedaan, is het van meer nut enkele onderwerpen eerlijk en zorgvuldig te onderzoeken dan een groot aantal meer oppervlakkig te verkennen. 3Voor elk van de perioden van gedachten onderzoek die de oefeningen behelzen, wordt twee minuten aanbevolen.

Les 244.Nergens ter wereld ben ik in gevaar.

De uitnodiging in deze Les om eerlijk te leren kijken en te aanvaarden naar dat wat je al bent en dus hebt, wordt vaak overgeslagen omdat je meer bezig bent om te kijken naar wat dat wat je in werkelijkheid niet bent je voor spannends kan geven.

T27.VIII. 1. Het lichaam is de centrale figuur in de droom van de wereld. 2Het ontbreekt in geen enkele droom, en evenmin bestaat het zonder de droom waarin het optreedt alsof het een persoon was die kan worden gezien en geloofd. 3Het neemt de centrale plaats in in iedere droom die het verhaal vertelt hoe het door andere lichamen werd gemaakt en in een wereld buiten het lichaam werd geboren, daar een tijdje leeft en sterft, teneinde in het stof te worden verenigd met andere lichamen die sterven zoals hij. 

T27.VIII. 1.4In de korte tijd die het is vergund te leven, zoekt het naar andere lichamen als zijn vriend of vijand. 5Zijn veiligheid is zijn voornaamste zorg. 6Zijn welbehagen is zijn richtlijn.

Wat wij in feite vanuit de poppenspeler en zijn poppen niet doen, vraagt om een open zelf-observatie. Vanuit de pop jan helpt zelf-observatie nooit, want dan zie je alleen de stommiteiten, verschillen en fouten van de andere poppen, nooit die van jezelf.

T9.III.6;7Vergissingen in wie dan ook waarnemen en erop reageren alsof ze werkelijk zijn, is ze werkelijk maken voor jezelf. 8Je zult er niet aan ontkomen de prijs hiervoor te betalen, niet omdat jij ervoor gestraft wordt, maar omdat je de verkeerde gids volgt en bijgevolg de weg kwijt raakt.

Vanuit de pop jan raak je steeds verder in het zelf geweven weefgetouw verstrikt en wordt je zicht totaal gedicteerd om veiligheid en genot voor dat lichaam te krijgen en beoordeel je iedereen om je heen genadeloos als reden van jouw ongeluk en het niet vinden wat je zoekt maar niet kan vinden, omdat het je zelf is dat zichzelf zoekt.

T27.VIII. 1.

7Het probeert genoegens na te jagen en die dingen te vermijden die hem pijn kunnen doen. 8En bovenal probeert het zichzelf bij te brengen dat zijn pijnen en genoegens van elkaar verschillen en onderscheiden kunnen worden. 

Genot en welbehagen voor dat lichaam te krijgen, is veelal totaal onzichtbaar en daarom moeten we dat klaaglied over anderen in openheid leren te volgen en inzien dat wat we op anderen plakken onzichtbaar in ons ook aanwezig is, maar niet gezien wil worden.

T27.VIII. 2. Het dromen van de wereld neemt vele vormen aan, omdat het lichaam op vele manieren probeert te bewijzen dat het autonoom en werkelijk is. 2Het tooit zichzelf met dingen die het gekocht heeft met metalen schijfjes of met strookjes papier waarvan de wereld proclameert dat ze waardevol en werkelijk zijn. 3Het werkt om die te verkrijgen door zinloze dingen te doen, en smijt ermee in ruil voor zinloze dingen die het niet nodig heeft, en zelfs niet wil. 4Het huurt andere lichamen in, zodat die het kunnen beschermen en nog meer zinloze dingen kunnen vergaren die het zijn eigendom noemen kan. 5Het zoekt om zich heen naar speciale lichamen die zijn droom kunnen delen. 6Soms droomt het dat het de overwinnaar is van lichamen zwakker dan hij. 7Maar in sommige fasen van de droom is het de slaaf van lichamen die hem willen kwetsen en kwellen.

Elk idee dat anderen ons genot, ergernis, pijn brengen, is iets wat ons gedicteerd wordt door onze eigen poppenspeler, alias Zoon van God, die liever dat doet dan stoppen tegen zijn schepper te rebelleren. Hij wil zelf ten koste van alles eerste oorzaak spelen en houdt zo het autoriteitsconflict in stand, hoezeer hij dan ook ziet dat hij zelf degene is die de liefde mist, die in zijn poppenspel-smartlap niet te vinden is. Als poppen weten wij niet dat wat we denken en doen ons door het ego gedicteerd wordt. Ook dat we anderen, en God, de schuld geven, wordt ons gedicteerd, ook al ervaren we het als onze persoonlijke gedachten. Dat dit pijn-en-dooddromen zijn, met een roep om liefde terug te vinden, kunnen we meestal pas als we zelf gelouterd zijn door hulp leren inzien. Door die loutering, doordat we geen liefde vinden, komt veelal pas het verlangen op om echte hulp te vragen, aan dat in ons wat niet is gaan dromen maken. Het verlangen van waaruit we vragen om dat te corrigeren, te mogen stoppen met dromen maken, niet langer een gevolg van God te willen zijn en te willen genezen.

4. Je dient de oefenperioden te beginnen met het herhalen van het idee van vandaag, om vervolgens met gesloten ogen je denkgeest te doorzoeken op onopgeloste situaties waarover je momenteel bezorgd bent. 2De nadruk moet worden gelegd op het blootleggen van de door jou gewenste uitkomst. 3Je zult snel inzien dat jij een aantal doelen in gedachten hebt als onderdeel van de gewenste uitkomst, en ook dat deze doelen op verschillende niveaus liggen en vaak met elkaar in conflict zijn.

In (T27.VII) “De dromer van de droom” staat hoe wij onszelf zien als onschuldige slachtoffers van de wereld. Maar vervolgens wordt gesteld, dat wij alleen kunnen ontsnappen door eerst de oorzaak te aanvaarden dat we gevangen lijken te zitten in een lichaam en droomwereld, die we heel bewust zelf hebben veroorzaakt door onze Pa eruit te gooien.

Les93 .5. Het zelf dat jij gemaakt hebt, is niet de Zoon van God. 2Daarom bestaat dit zelf helemaal niet. 3En alles wat het schijnt te denken en te doen, betekent niets. 4Het is noch slecht, noch goed. 5Het is onwerkelijk, en meer niet. 6Het levert geen strijd met de Zoon van God. 7Het krenkt hem niet en valt zijn vrede niet aan. 8Het heeft de schepping niet veranderd, noch eeuwige zondeloosheid tot zonde, noch liefde tot haat verlaagd. 9Wat voor macht kan dit zelf dat jij gemaakt hebt, dan bezitten, wanneer het de Wil van God weerspreekt?

Na die aanvaarding kan je pas zien dat je alleen aan dat pop-denken en zijn lijdensweg kunt ontsnappen door eenvoudigweg bereid te zijn dat het hoogste belang is om naar de oorzaak van het droom-probleem te leren durven kijken. De moeilijkheid zit ‘m in de schijnbare dubbelheid van de waarneming. Het egoverhaal lijkt immers gewoon door te gaan alsof we geen vormloze denkgeest maar een lichaam zijn dat overgeleverd is aan de genade van een wereld buiten zichzelf vol met vijandige andere lichamen. Het hoogste belang is dus om steeds te blijven herhalen:

T27.VII.13:1 “Jij bent de dromer van de wereld van dromen. ,2Een andere oorzaak heeft ze niet, en zal ze ook nooit hebben”.

Je moet bereid zijn elk moment te blijven begrijpen dat je waarnemingen van dader en slachtoffer, van strijd, een doelbewuste poging is om jezelf als een persoonlijk lichaam te zien in plaats van een allesomvattende onpersoonlijke denkgeest.

Les 244 Uw Zoon is veilig waar hij ook mag zijn, want U (God) bent daar bij hem. Hij hoeft Uw Naam slechts aan te roepen en hij zal zich zijn veiligheid en Uw Liefde herinneren, want die zijn één.
Door niet nu op dit moment de totale verzoening Zoon van God en geen lichaam te zijn te aanvaarden, en zo de lieflijke rustplaats als onze eeuwige basis met aandacht vast te leren houden, blijft de keuze voor en tegen liefde-delen te kunnen kiezen in onze denkgeest onzichtbaar. Vanachter de poppenkast kan de droomkracht-pijn scriptschrijver in ons stiekem de oorzaak van onze popervaringen verborgen houden en met zijn projecties, zijn fantasieën en dualistrijdbeelden, onze onpersoonlijke aandacht blijven stelen, door die aandacht persoonlijk te laten lijken.
Jouw bereidheid is nodig om het hoogste belang van eenheid niet te vergeten en voor jezelf te blijven herhalen:
T27.VIII.10:1 “Het geheim van de verlossing is slechts dit: dat jij jezelf dit aandoet”.

Daarom zijn we als jezelf niet echt alleen en is onszelf omarmen beter om de stap naar één liefde zijn te delen, terwijl de droombeelden afgescheidenheid ik-beelden blijft geven, dus zeg liever dat wij onszelf dit aandoen in plaats van ik.

T18.II. 6. De Heilige Geest, in Zijn wijsheid altijd even praktisch, aanvaardt jouw dromen en gebruikt die als middel tot ontwaken. 2Jij zou ze hebben gebruikt om te blijven slapen. 3Ik heb eerder al gezegd dat de eerste verandering voordat je dromen verdwijnen, erin bestaat dat jouw angstdromen in gelukkige dromen worden omgezet. 4Dat is het werk van de Heilige Geest in de speciale relatie. 5Hij maakt ze niet kapot, en rukt ze evenmin van je weg. 6Maar Hij maakt er wel op een andere manier gebruik van, als hulpmiddel om Zijn bedoeling tot werkelijkheid te maken voor jou. 7De speciale relatie zal blijven, niet als bron van pijn en schuld, maar als bron van vreugde en vrijheid. 8Ze zal er niet voor jou alleen zijn, want daarin lag juist haar ellende. 9Zoals haar onheiligheid haar afgezonderd hield, zo zal haar heiligheid een aanbod worden aan iedereen.

Wees dus niet bang dat door dit idee te aanvaarden je het beetje plezier dat je lijkt te krijgen in dat huwelijksbed-droomgebeuren moet stoppen, het is het doorzien en achter alles liefde te willen terugzien. Dus heb we de zon in onszelf weer als onze ene basis herkend dan hoef je niet de maan kwijt te raken, je ziet gewoon dat die geen eigen licht heeft dat is vergeving dat is alles.

5. Noem bij het toepassen van het idee voor vandaag iedere situatie die in je opkomt, en som dan nauwkeurig zoveel mogelijk doelen op die jij als oplossing van de situatie verwezenlijkt zou willen zien. 2Elke toepassing dient ruwweg de volgende vorm te hebben:

3In de situatie met betrekking tot ______ zou ik graag willen dat _______ gebeurt en ______gebeurt, enzovoort. 4Probeer zoveel verschillende uitkomsten te vermelden als zich in alle eerlijkheid maar aan je voordoen, zelfs al lijken sommige niet direct verband te houden met de situatie of er zelfs helemaal niet bij te horen.

Maar hoe vind je nu – in het dagelijkse ego-leven – dat hoogste belang in ons als dat buiten je dagelijkse persoonlijke er-zijn intellect ligt en je dus niet al die gebruikelijke tegenstellingen en aanvalgedachten kunt gebruiken om dat eraan voorbij zijn te leren hervinden? Er ontbreekt nu dus iets in ons idee van zijn, wat onzichtbaar is voor ons persoonlijk denken en tegelijkertijd toch constant aanwezig moet zijn als onze eigenste wezen!

Oh, zegt onze egoscript-weerstand, je bedoelt zeker een God of zoiets en als ik die aanvaard, ga ik geloven in iets wat je niet kunt kennen zoals je bijvoorbeeld je voet kent. Ik moet dus aan dat onzichtbare idee mijn vertrouwen geven dat dat liefde is en nog onveranderlijk ook! Nou, dank je de koekoek! Dat gaat niet werken!

T9.VII.7. Ik heb gezegd dat het ego niet weet wat een echte vraag is. 2Alle vormen van gebrek aan kennis (kennendheid dat zichzelf als liefde kent) houden altijd verband met de onwil (van het egosysteem) om te kennen, en die veroorzaakt een totaal gebrek aan kennis eenvoudig omdat kennis(kennendheid het simpel kennen zijn in ons) totaal is. 3Het niet in twijfel trekken van je (langs dat kennen zijn komende gekende) kleinheid komt daarom neer op het ontkennen van alle kennis (ons eigenste kennen zijn), en houdt heel het (onware gekende) denksysteem van het ego intact.

Als je als pop jan even zinnig nadenkt is je ego er natuurlijk ‘niet’ happig op om deze voorgestelde aanvaarding van de verzoening te volgen omdat er iets wordt gevraagd dat het ego niet kan kennen en bovendien moet je alles wat je wel kent eerst als niet waar gaan leren zien!

Je wilt er misschien wel theoretisch voor openstaan, door neutraal te leren kijken en meditatiecursussen te gaan volgen, die pretenderen uit de val van het egodenken te komen, maar snel komt dan de veel geuite kritiek naar boven van: “Maar die man heeft toch dat kind verkracht en toen vermoord? Moet ik dat doorzien als liefde? Waar ben je mee bezig eikel! Je wilt dat ik Hitler, die miljoenen mensen heeft vergast, vergeef als nooit werkelijk gebeurd. Hoe kan dat nu, ben je soms blind of hoe zit dat? T9.III.6;7Vergissingen in wie dan ook waarnemen en erop reageren alsof ze werkelijk zijn, is ze werkelijk maken voor jezelf. 8Je zult er niet aan ontkomen de prijs hiervoor te betalen, niet omdat jij ervoor gestraft wordt, maar omdat je de verkeerde gids volgt en bijgevolg de weg kwijt raakt.

Als dat verweer omhoog komt, en dat zal het doen, kun je leren er niets aan te doen, behalve gewoon bereid blijven de verzoening van nu al Zoon van God en thuis te zijn te aanvaarden. Al was het alleen maar als hulpmiddel om even uit die pijnlijke dwangbuis van afgescheiden gevoel te komen. Gewoon uit puur eigen belang omdat je hoopt op een oplossing om uit deze loep van dood en hel te mogen komen – hoe abstract en onwezenlijk dat idee ook lijkt van uit je pop-zijn.
T23.IV.6. Wanneer de verleiding om aan te vallen de kop opsteekt om je denkgeest te verduisteren en moordzuchtig te maken, herinner je dan dat je de strijd van bovenaf kunt (leren met hulp van HG te) zien.

6. Als je deze oefeningen correct doet, zul je al snel inzien dat je een groot aantal eisen aan de situatie stelt die er niets mee te maken hebben. 2Je zult ook inzien dat veel van je doelen tegenstrijdig zijn, dat je geen eenduidige uitkomst in gedachten hebt en dat jij je in enkele van je doelen, hoe de situatie ook uitpakt, onvermijdelijk teleurgesteld zult voelen.

Dit besef van het hoogste belang is vragen om hulp aan – bijvoorbeeld – de HG om af te komen van de gedachte dat we een lichaam zijn en opent het idee van ware vergeving in plaats van iets persoonlijk een ander te vergeven, waarmee je het juist echt maakt. Wanneer we weer in mogen zien en blijven willen zien dat we het geheel van deze oorlogsdroom zelf maken in onze denkgeest, de kennendheid van onware gedachten, en aan Heilige Geest in ons vragen dat persoonlijk elkaar het leven zuur maken voor ons te genezen en niet als persoon zélf dat proberen te doen, dat is ware vergeving. Zo de toekomstwortel voor ons houdend, vinden we onze liefdevolle, onpersoonlijke, nu-zijn-getuigenheid nooit, want dat is het ego – dat geeft dingen om ze vroeg of laat weer cru terug te nemen, wat onvermijdelijk tot teleurstelling leidt. God geeft liefde-zijn voor eeuwig en neemt nooit wat terug, maar breidt het (delen) juist uit.

Les 79.6. 2Als je zou kunnen inzien dat jouw enige probleem afscheiding is, ongeacht de vorm die het aanneemt, zou je het antwoord daarop kunnen aanvaarden omdat je het (hoogste)belang ervan zag.

7. Nadat je de lijst van zoveel mogelijk verhoopte doelen hebt doorlopen, zeg je voor elke onopgeloste situatie die in je denkgeest opkomt, bij jezelf: 2Ik zie niet wat mijn hoogste belang is in deze situatie, en dan ga je verder met de volgende.

De uitnodiging is nooit persoonlijk vergeven als waar te zien, dan maken we deze droombeelden steeds weer echt en bevestigen we het egoscript en komen we niet op de ware (onpersoonlijke) liefdesvergeving van lekkerheid delen.

Als wij die droom zelf maken als Zoon van God (ik noem hem liever kloon van God), moeten we het hoogste belang inzien om de maker in onze denkgeest te laten genezen, en nooit, zoals het ego zegt, zijn droomfiguren en hun slachtoffer versus dader verhaal.

Tegelijk kan je hulp vragen om te leren zien wat hulp nu werkelijk is en wat absoluut niet. Dus: niet waar is alles wat we lijken te zien als waarnemingen, die altijd verleden uitbeelden, het maakt niet uit wat voor drama, moois of welke onrust ze lijken te verbeelden. Wat wel waar is, is altijd gewoon in ons zijn zelf aanwezig en is dat simpele getuige-zijn van elke waarneming uit de drie droomtoestanden. We kunnen zelf leren in te zien en zelf te geloven daar als getuige-zijn als één kennendheid-zijn er absoluut niets van op te lopen.

Les (55) Ik zie niet wat mijn hoogste belang is. Hoe kan ik mijn hoogste belang onderkennen wanneer ik niet weet wie ik ben? Wat ik (als pop jan) meen dat mijn hoogste belang is, kluistert me alleen maar meer aan de wereld van illusies. Ik ben bereid de Gids te volgen die God mij gegeven heeft om te ontdekken wat werkelijk mijn hoogste belang is, omdat ik(Zoon van God zijnde) inzie dat ik dit niet uit mezelf (zonder hulp van HG) kan (leren in) zien.

Daar, bij onze innerlijke getuigenheid die dat stille, loutere zijn in de aandacht leert houden, woont de vragenloze rust in ons, om van daaruit elk verledenverhaal met zijn dualistrijdbeelden, gevoelens en een zekere dood in de toekomst niet meer te geloven en het eeuwige heden zijn delend met God te leren omarmen en zo tot verzoening te komen.

Het verledenverhaal in de droom gaat door met zeggen dat het echt was en dat wij slachtoffer of dader zijn, maar aanvaard nu dat we de oorzaak van heel de dromenmakerij zelf zijn. Dat is de uitnodiging als hoogste belang die verzoening te omarmen.

Durf het idee als leidraad jezelf weer in de projectiekamer te zien dat we als Zoon van God zelf de horrorfilms maakten, door verbeelde gedachten te projecteren tussen ons licht en het filmdoek en vanuit die projectiekamer, dus niet vanuit een hoofd, noch vanuit de filmzaal, naar de film kijken.

In de projectiekamer wordt ons licht-zijn op het blanco God-filmdoek gericht in plaats van op de droombeelden. Dat geeft het licht-zijn weer aan zichzelf terug en zo kunnen we eenheid delen en figuurlijk verder uitbreiden naar iedereen die in de film een droomfiguur lijkt, maar elk op zich de ene dromer als Zoonschap deelt. Ook als ze dat zelf nog niet weten, kunnen wij het voor hen weten en dat is het hoogste liefdesbelang. Iedereen heeft als hoofdrolspeler schijnbaar een persoonlijke reis te maken om te leren dat er geen reis is, was en zal zijn in Gods onpersoonlijke allesomvattendheid, al zijn er wel heftige dromen daarover van angst, schuld en doodgaan.

T20.V.5. Het lichaam van je broeder is van even weinig nut voor jou als voor hem. 2Wanneer het alleen wordt gebruikt zoals de Heilige Geest dit onderwijst, heeft het geen functie. 3Want de denkgeest heeft het lichaam niet nodig om te communiceren. 4Het zicht (van uit de ogen van het lichaam) waarmee het lichaam wordt gezien, heeft geen toepassing die het doel van een heilige relatie dient. 5En zolang jij op die manier (vanuit ogen) naar jouw broeder kijkt, zijn middel en doel niet op één lijn gebracht.

De HG probeert ons, door het hoogste belang aan te bieden, niet bang te maken, zoals het ego altijd doet, door ons te vertellen dat hoe meer we vanuit het innerlijke licht van de projectiekamer kijken naar het blanco liefdesscherm, hoe heftiger de zaal (de jantjes) gaan schreeuwen en klagen dat de film gebroken en kapot is en dat er iets mis is. Dus als het licht in de duisternis schijnt, begrijpt de duisternis, de filmbeelden, de bron van dat licht nooit.

Want Gods hoogste belang, daar zien de jantjes niets spannends in en noemen saai en onpersoonlijk, omdat de persoonlijke huwelijksbeddromen specialer en veel spannender lijken en ze juist het ego inhuren om het nog spannender te maken. We zijn botweg onbewust bang voor dat blanco liefdesscherm, de draagmoeder van elk facet van dat ene liefdeslicht en dus voor het inzien dat niet God de oorzaak van het dromen over doodgaan was, maar dat wij zelf als Zoon van God het ego inhuurden, om niet slechts een gevolg te willen zijn, altijd een tweedehands afgeleide, maar dat we zelf Eerste Oorzaak willen zijn. We zijn dus bang dat we door God gestraft zullen worden als we teruggaan naar dat blanco scherm. We zijn zo in ons eigen droomverhaal gaan geloven, dat we denken dat het echt gebeurd is, in plaats van dat het slechts een droom is. Dat bang zijn en om meer spannende filmbeelden schreeuwen, zeggen onze jantjes niet tegen het filmdoek waarop de film verdween, maar ze draaien zich natuurlijk om en kijken en schreeuwen het tegen de projectiekamer. We weten allemaal van nature nog ergens van die projector-bron in ons, maar we wilden bewust persoonlijke dualistrijd-en-doodgaanfilms zien en niet meer Gods onpersoonlijke, eeuwige liefdesspiegelende filmdoek als hoogste belang aandacht geven. We hebben in de zaal misschien met technisch inzicht al door dat we naar een film kijken en dat die niet echt is, maar zolang we niet inzien dat we niet echt vanuit een persoonlijk inzicht in de zaal zitten maar altijd al van uit de onpersoonlijke projectiekamer kijken, zal het ego in alle religies blijven vertellen dat een nazigod deze wereld heeft gemaakt en ons op die manier angstig maken. Want zolang we denken dat wat we gemaakt hebben echt was en geen droomfantasie, denken we dat God vast kwaad op ons zal zijn, dus naar huis gaan is onbewust door onszelf veel te eng gemaakt. Het hoogste belang is: laat je helpen niet in de zaal te gaan kijken naar de film maar vanuit de projectiekamer om zo in te zien dat wij daar nu al wonen en dat wij zelf die film maken en dat die niet echt is. Dit is de ware vergeving. Zo leren kijken kan het God niet zijn geweest en kan God niet kwaad op ons, zijn Zoon, zijn. Dat is het hoogste belang, want we zijn nooit buiten God geweest, we hebben slechts gedroomd dat het zo leek.

T9.VI. De Heilige Geest kan je niet met ogen zien, noch horen met je oren, alleen door de vreugde die je bij je broeder opwekt kan het niet anders dat jij vreugde in je zelf verdringt. Jij kunt het wonder niet zelf verrichten, ze zijn om liefde en vreugde te geven en te ontvangen. De HG leert jou anderen te ontwaken en leert je zelf zo wat ontwaken betekend. Aanvaard jouw broeder in deze wereld en niets anders, want in hen zul jij jouw scheppingen vinden, omdat God die scheppingen met jou geschapen heeft. God is allesomvattend en ondeelbaar en zijn heelheid is onze heelheid omdat God het Zoonschap als één licht schiep. Elk deel is dus heel maar zal dat pas je eigen heelheid zien als je die overal ziet.

Belangrijke noot
Om de structuur in de tekst beter zichtbaar te maken zodat de betekenis van de inhoud misschien makkelijker begrepen kan worden
is de tekst verdeeld in met kleur gearceerde tekstblokken.

Turqoise: de tekst van de les
Geel: de teksten uit de cursus die extra aanvulling geven
Geen achtergrond kleur: toelichting van Jan en Gertrude


Klik hier om dit artikel in pdf formaat te downloaden.